Nog eens watervallen, papegaaienduiker, canyon, dino?, Borgarvirki

24 juni 2022 - Fellabær, IJsland

Woensdag 15 juni verlieten we Snaefelness en gingen web op weg naar de Westfjords. De kortste route hiervoor was per boot, alweer enige tijd geleden hadden we hiervoor tickets geboekt van Stykkisholmur naar Brjanslaekur. Een tochtje van 3 uur. We waren er al ’s ochtends op tijd, was nog geen vijf minuten rijden van ons guesthouse. Henrike had de eer om de auto op de boot te rijden. Maar blijkbaar doen voornamelijk mannen dit, aangezien degene die de kaartjes controleerde er zo maar van uit ging dat Jochen de driver was. Op de boot hadden we mooi uitzicht, nog een korte stop op een klein eilandje Flatey, waar het een ander uitgeladen werd voor de bewoners, na de overtocht vervolgde wij onze reis naar Latrabjarg, een rots waar rond deze tijd veel vogels zitten. Tijdens deze rit hadden we mooi uitzichten, het laatste stukje van de rit was volgens de internet lastig, maar achteraf bleek dat ze de weg (lees grindpad) verbeterd hadden, ze waren er overigens nog steeds mee bezig. Na zo’n uur bereikte we de vogelrots. Voornamelijk kwamen we hier om papegaaiduikers te zien. We zagen inderdaad veel vogels en mooie kliffen maar in eerste instantie geen papegaaiduikers. Totdat we er 1 heel stil op een rotspunt zagen zitten. Dat was ook meteen de enige die we gezien hebben. Het beestje bleef mooi stil zitten zodat we goed foto’s konden maken. Natuurlijk zagen we ook veel andere vogels. Na enige tijd besloten we weer terug te gaan. Uiteindelijk kwamen we die dag aan in Bildudalur, na het eten zijn we nog een klein stukje gaan rijden naar een mooi strandje, blijkbaar hadden we nog geen genoeg van de gravelwegen.

De volgende dag reden we eerst door een mooi gebied, veel sneeuw en ijs, alvorens aan te komen bij de waterval Dynjandi, dit is een getrapte waterval (ieder stukje heeft ook een naam, bijna allemaal onuitspreekbaar) die je tot bijna bovenaan op kunt, een leuk ochtendklimmetje. We voelden op elk niveau de spray van de waterval. Het was zonnig weer dus dat leverde mooie plaatjes op. Ondertussen zagen we aan de andere kant een regenboog ontstaan, die steeds duidelijker te zien was. Na de waterval op naar Isafjordur voor een tankbeurt en een koffiestop. Na deze pauze vervolgden we onze weg langs de fjorden met prachtig uitzicht. Bij een cafe wen korte stop voor een wafel, koffie, thee en IJslander Kruller in een schattig huisje waar zelfs Henrike groot in oogde en bijna met haar hoofd het plafond raakte. Het is hier blijkbaar ook normaal om kinderen in te zetten voor de bediening, ze deed het aardig, maar in Nederland zou dit toch echt als kinderarbeid gezien worden. Kort daarna spotte we langs de rand van het fjord een zeehond, het is goed zoeken, best lastig om ze soms te onderscheiden van een rots, en die zijn er hier genoeg. Op het laatste stukje van onze rit hadden we slecht weer maar we bereikten veilig Drangsnes, een plaatsje aan de oostkust van de Westfjorden.

Vrijdag zou een regendag worden waarbij onze auto er aan het eind van de dag heel ander uit zou zien. Het landschap zag er door de regen nog desolater uit dan het normaal al is en je had het gevoel elk moment van de aardkloot af te rijden. We reden veel over grindwegen die op zich goed begaanbaar waren maar veel blindheads, blinde punten op een heuvel, waar je niet kan zien wat er van de overkant aankomt. Boven op die heuvel stond dan in het midden een bord met een pijl naar de rechterkant zodat je wist aan welke kant je het verkeersbord moet passeren, net of je dan ineens aan de linkerkant gaat rijden van de weg. Het zag er raar uit en of het nou zo handig was weten we ook niet. Na heel wat regen en modder kwamen we aan bij Kolugljufur. Een canyon, niet zo populair en ook niet drukbezocht. Ondanks de regen was het wel mooi en leverde het dramatische plaatjes op. De volgende stop was Hvitserkur, een rots in het water waarin mensen een dino zien, Jochem denkt eerder aan een neushoorn, maar we laten het aan ieders vrije geest over wat het is. Na een korte stop voor koffie, we vonden dat we dit wel hadden verdiend met al dit slechte weer, gingen we op naar Borgarviki, een oude vesting (verdedigingslinie). Na wat klauterwerk en zoeken naar het juiste pad kwamen we boven aan, helaas was het uitzicht door het weer iets minder, maar de natuur blijft hier indrukwekkend. De laatste stop voor deze dag was in bij Glaumbaer, dit is een soort mini openluchtmuseum dat bestaat uit huisjes met gras op het dak, hier leefde mensen vroeger in. Van buiten lijkt het niet zo groot, maar van binnen zitten er meerder ruimtes, waardoor er veel ruimte is. Aangekomen in Saudarkrokur regende het nog steeds en leek onze auto inmiddels op rijdende berg modder waar bij het zicht inmiddels erg beperkt was, zelfs het achteruitrijcamera zag niets meer. Werk aan de winkel! Er is niet veel gratis in IJsland maar het wassen van de auto (self-service) wel. Dit kun je bij de meeste tankstations doen. Jochem pakte de slang met schrobber maakte de auto in de regen weer toonbaar. Maar was wel drijfnat, blijkbaar moet je hiervoor een regenpak aandoen, daarna onder het afdak tanken en we waren weer klaar voor de volgende dag.

Het is inmiddels zaterdag en de dag begon zoals de vorige dag eindigde: regen. Echter na ander halfuur rijden begon het langzaam op te klaren, de weergoden waren deze dag toch iets gunstiger gestemd en reden we alweer langs mooi fjorden, dit blijft toch indrukwekkend. Na wat tunnels, als het een eenbaanstunnel is, rijden wij gelukkig aan de goede kant en moet het tegemoet komende verkeer een haven inschieten om ons te laten passen, was Akureyri onze eerste stop voor cappuccino. Het is de hoofdstad van Noord-IJsland en de 2e stad van IJsland. Er is zelfs een overdekt winkelcentrum en een kerk met een trap waar geen eind aan komt. Na Akureyri reden over de enige tolweg in IJsland. Je kunt deze gewoon via internet betalen om gedoe achteraf te voorkomen.

Maar onze eerste echte bezienswaardigheid was Aldeyjarfoss, een waterval, die niet veel bezocht wordt en waar je een 4x4 nodig hebt om die te bereiken en je er 45 minuten voor om moet rijden op een gravelroad. Volgens de boekjes, maar er zijn veel toeristen die het toch met een gewone auto doen, is ook goed te doen, klein stukje Fweg die nu goed begaanbaar is. We moesten twee poorten door die we open en weer dicht moesten doen, leuk klusje voor Jochem. Als je aankomt is het erg rustig, zie je 3 toiletten, en mag je een stukje gaan lopen totdat je van het adembenemende uitzicht kunt genieten. Aangezien het niet zo toeristisch is, kan je hier rustig genieten van het uitzicht zonder dat allerlei mensen allemaal selfies moeten maken.

Na deze waterval deden we Godafoss, erg populair en ook makkelijk te bereiken, ligt aan route 1 waar iedereen toch langskomt, dus veel mensen. De waterval is iets breder dan de Aldeyarfoss maar de omgeving is minder indrukwekkend.

Foto’s

1 Reactie

  1. Annie Ellenkamp:
    24 juni 2022
    Leuk om jullie reisverhalen te lezen. Geniet er maar van . Succes wim en annie